Na de dood van zijn moeder werd de kleine Kishan meegenomen naar zijn halfzus Kadamini. De kwaadaardige en schandalige Kadamini stemde ermee in alleen voor haar broer te zorgen in de hoop zijn eigendom over te nemen. Haar man Nevin knijpt een oogje dicht voor het gedrag van zijn vrouw. Maar de vrouw van Bipins jongere broer, Hema, kan het onrecht niet tolereren. Ze ondersteunt de kleine Kishan op alle mogelijke manieren. Op een dag wordt ze ziek en Kishan is geschokt als ze hoort dat ze aan dezelfde ziekte lijdt waarbij zijn moeder omkwam. Wanhopig dat hij de enige persoon ter wereld die van hem houdt, zou kunnen verliezen, probeert Kishan op kinderlijke wijze Hema te redden.